|
De tweede dag
We starten vandaag met een autorit naar Reusel, waar we ons busje op
het Kerkplein voor de 'Onze Lieve Vrouwe ten Hemelopneming' kerk parkeren. Een wat weidse naam
voor een kerk; toch staan er alleen al in Nederland maar liefst 15 kerken die deze naam
dragen.
We halen onze fietsen uit het busje, zetten alle kilometertellers op de juiste stand en fietsen naar het
startpunt van deze wandeling, aan de Roovertsebaan in Esbeek. We zijn goed thuis in deze omgeving, dus
een gps hoeft niet te worden geraadpleegd. Daarnaast valt op dat er op deze woensdagochtend erg weinig fietsers
de behoefte voelen om zich van Reusel naar Esbeek te verplaatsen; tijdens de hele fietstocht zien we geen enkele andere
fietser.
We arriveren op de Roovertsebaan waar we onze fietsen willen parkeren en komen er dan achter dat Jan vergeten is
om het sleuteltje van de fietsketting mee te nemen. Natuurlijk, de fietsen kunnen nog wel op slot,
maar om ze een hele dag in de bossen achter te laten zonder dat ze vastgezet zijn aan een boom of een ander
onverzettelijk voorwerp lijkt ons niet zo slim.
Er staat gelukkig een woonhuis bij ons startpunt, dus de oplossing ligt voor de hand. Jan belt aan, legt uit wat
er aan de hand is en vraagt of we de fietsen op het erf van het woonhuis mogen stallen. Dat blijkt geen
enkel probleem; we wisselen zelfs telefoonnummers uit, 'voor het geval dat'. We hebben al vaak geconstateerd dat
mensen elkaar echt wel willen helpen, als het maar even kan. En het is verbazingwekkend wat je vaak kunt
krijgen door er gewoon om te vragen.
Later die dag, na het invallen van de duisternis, krijgen we een
sms-je van ons fietsenstaladres. Dat het al donker is, en of het wel goed gaat met ons. Lief toch?
We vertelden eerder al dat we steeds een houten tulp achterlaten op het eindpunt van een wandeling,
en bij het begin van de volgende wandeling moeten
we die weer oppikken. Een soort estafette-tulpstokje.
Deze eerste keer hebben we als verstopplaats een willekeurige boom in het bos genomen, en de tulp
daarachter in de grond gestoken. We vinden zowel de
boom als de tulp terug, en daarmee begint onze tweede wandeling.
De paden voeren voornamelijk door landgoed 'De Utrecht', en langs de Belgische grens.
De paden zijn mooi omzoomd met bomen (daarom heet het een bos) getooid in herfstkleuren.
Onderweg ontdekken we wel 2 nadelen van het wandelen door een 'ecologisch verantwoord' beheerd bos.
Daarmee wordt bedoeld dat het bos niet wordt kaal gekapt maar meer wordt gedund. De zwakkere en
onderdrukte bomen, die niet meer voldoende aan de houtproductie deelnemen, worden dan gekapt
zodat de zwaarste en gezondste ‘toekomstbomen’ meer kans krijgen om te groeien. Klinkt mooi,
maar voor de onschuldige wandelaar kleven er wel nadelen aan. Zo zijn enkele 'bospaden'
waar we overheen wandelen compleet kapot gereden door de tracoren en andere bosmachines
die worden ingezet om het ecologisch beheer uit te voeren. Bovendien worden de gekapte bomen
eerst onttakt voordat ze uit het bos worden gesleept, en al het niet rendabele hout blijft gewoon liggen.
Een bosoperceel wat dan ook 'ecologisch verantwoord' is beheerd is jaren daarna nog een
lelijke warboel van takken en ander zaagafval, todat Moeder Natuur alles met een liefdevolle hand verhuld.
We lunchen langs de grens, en een uurtje later begrijpen we al dat we een iets te lange
afstand willen overbruggen. En we hebben geen goesting (oeps, de nabijheid van de Belgische grens doet zich gelden)
we hebben geen zin om dadelijk in het donker over allerlei bospaden te struinen. We bestuderen even de gps
en ons geheugen en besluiten dichter bij Hoge Mierde te blijven. Op die manier vermijden
we stille en duistere bospaden (waar je trouwens na zonsondergang toch al niet meer mag komen)
en lopen we over verharde en duistere wegen. Gezellig is het niet, maar dat moet dan maar...
We passeren enkele boerderijen, en worden gepasseerd door passerende auto's. Druk is het
gelukkig niet; Nederland schaart zich rond de avonddis.
We komen nog voorbij een pompoenenboer met een zeer systematisch op grootte ingerichte kraam,
en arriveren weer bij ons busje, op het Kerkplein in Reusel.
Waar laten we hier onze tulp? We overwegen het kerkhof, maar dat was inmiddels gesloten.
Een monument wordt geïnspecteerd maar biedt geen ruimte voor een tulp, en de kerkkapel
heeft ook al geen verstopplekken. Uiteindelijk vinden we een plantsoentje naast het kerkpad
waar we de tulp in wegstoppen.
Nu nog even de fietsen ophalen in Esbeek, en dan weer terug naar Someren.
De tweede etappe is een lange geworden, met een staartje in het donker. Terwijl de dagen
de komende maanden nog flink gaan korten. Sneller lopen? Eerder lopen? Korter lopen?
Ach, we zien wel hoe het loopt...
|
|