Águilas is een rustig stadje, in de winter. Al beloven de twee grote stranden - Playa de Poniente en Playa de Levante, ofwel het Weststrand en het Ooststrand - 's zomers wel meer drukte. Net als in Benidorm worden de stranden van elkaar gescheiden door een grote in zee uitstekende kaap waarop een kasteel, het Castillo de San Juan de Las Águilas. Achter de kaap ligt het oude stadje met een bijzonder fraai en sfeervol plein, het Plaza España. In de aan het plein gelegen kerk van San José valt vooral het kleurige glas-in-lood van de toegangsdeur op.

Enkele kilometers verderop ligt San Juan de los Terreros waar we op bezoek gaan bij kennissen die we in 2008 troffen in Balteiro, aan de westkust van Spanje. Toen poften we kastanjes op de camping, nu eten we echt Nederlands krentenbrood. In de urbanization waar ze wonen zijn de meeste huizen onbewoond, en zeker 's winters is het er stilletjes.
Een enorm terrein langs de huizen was, voor de recessie toesloeg, bestemd als golfterrein en benadrukt nu de verlatenheid. We vernemen dat een hele vanaf hier zichtbare wijk, tegen een heuvelhelling geplakt, zonder vergunning is aangelegd en dus moet worden gesloopt. Alle huizen zijn inmiddels al verlaten.
Onderweg vallen ons we wel meer van dergelijke spookdorpjes op, desolate getuigen van de recessie dan wel een al te optimistische projectontwikkelaar.