Camping Peinu Poilsiaviete in Jadagoniu troffen we aan op een Excel-sheet op het
internet, toen we op zoek waren naar een camping in die omgeving.
We waren op weg naar de Koerse Nering maar hadden ingeschat dat de kwaliteit van
het wegennetwerk in Litouwen niet van dien aard was dat we in een keer vanuit
Polen daarheen konden rijden.
Dat bleek een heel correcte inschatting; de laatste tien kilometers naar de camping
moesten we zelfs afleggen over niet verharde wegen!
De camping zelf bleek amper te voldoen aan de classificaties voor een camping. Het
was eigenlijk een soort vakantiekamp, met grote groepen uitbundige kinderen in
slaapzalen. Achteraf lag nog een klein veldje waar we onze caravan konden
parkeren. Stroom kregen we via een héle lange verlengkabel uit een gewoon
stopcontact in een aanpalend gebouw, en toilet en douche waren onderdeel
van een - helaas niet operationele - sauna.
De mevrouw die ons inboekte sprak een weinig Duits, en ging ons voor om de weg
te wijzen. Op onze standplaats aangekomen vroeg ze of we zopas in Litouwen
waren aangekomen. Na onze bevestiging waarschuwde ze ons om onze twee fietsen,
die achterop de caravan op een fietsenrek stonden, toch vooral IN de caravan
te plaatsen.
Blijkbaar floreert in Litouwen een vruchtbare fietsenmaffia die onze fietsen
vast wilden gebruiken om hun omzet te vergroten.
Wij stonden dat alles enigszins verbaasd aan te horen.
Dat Litouwers geïnteresseerd zijn in fietsen, okay. Tenslotte is het land bijna
net zo vlak als Nederland, en is de fiets een goedkoop en effectief vervoermiddel.
Dat er vervolgens een illegaal circuit ontstaat, okay. Tenslotte bereikt ook in
Nederland het aantal fietsdiefstallen ongekende hoogten.
Dat ze de fietsen van de fietsendrager kunnen slopen terwijl wij argeloos voor een
rood stoplicht wachten, okay. Tenslotte hebben we achter de caravan een grote dode
hoek en is de fietsbevestiging nooit bedoeld om vastberaden aanvallen van desperate
fietsminnaars te weerstaan.
Maar dat iemand zo wanhopig verlegen is om een transportmiddel dat ze overwegen
om onze oude, roestige en versleten rijwielen te gaan jatten terwijl je met
dezelfde moeite een mountainbike met schokbrekers, een racefiets met 86 versnellingen
of een elektrisch stalen ros achterover kunt drukken, dat wilde er bij ons niet in!
Tijdens de hele rondrit door de Balten hebben onze fietsen dan ook stoer en uitdagend
op hun fietsenrek gestaan. En niemand heeft ze een tweede blik waard gevonden! Dat is
dan weer het voordeel van dergelijke degelijk ingereden velootjes.
|