wijzijnerwegvan
in week 35...
De eerste dagen is het zo heet dat we uitgeteld onder het lommer van de bomen de koelte van de avond afwachten.
Pascale en Frank vervolgen hun reis huiswaarts en we nemen op gepaste wijze afscheid: met koffiekoeken!
Elke ochtend komt de bakker, een bezadigd lijkend persoon van gevorderde leeftijd, de camping opgereden.
Een vreemde vogel, zo blijkt echter. In plaats van een ordentelijke bestelbus rijdt hij in een psychedelisch
beschilderd hippiebusje, gekleed in een zwanenzwemband als halssnoer, een rode pruik en een feestjurk stormt
hij af en toe zijn busje uit om gewapend met een waterpistool de campingjeugd na te zetten.
De campingbeheerder schudt eens misprijzend zijn hoofd, maar de op brood beluste kampeerders vinden
het schitterend.
Ondanks de tropische temperaturen besluiten we op woensdag om naar het kasteel van Katzenthal te klimmen. Gelukkig is
het niet ver, want na honderd meter stijgen kijken we al uit naar een terrasje met visioenen
van gekoelde drankjes, bedauwde glazen en ijsbokalen. In plaats daarvan mogen we als beloning genieten van het
weidse uitzicht over het dal en een voor het publiek gesloten kasteelruïne.
De volgende dag breken we de voortent af. Net op tijd, zo blijkt; amper is het zeildoek in het busje opgeborgen of er
breekt een fiks onweer los.
Hierdoor geholpen besluiten we de volgende dag de caravan een poetsbeurt te geven, een noodzakelijke klus als je zo lang
onder de loofbomen gaat staan. Want in bomen wonen vogels...
We verhuizen naar Rioz waar we neerstrijken op de gemeentelijke camping. De naam van de camping - Du Lac - verraadt het al,
tegenover de camping ligt een klein meertje. We zijn net op tijd om een wandeling te maken; op de aangrenzende parkeerplaats
is een honderdtal vissers verzameld voor de prijsuitreiking van een zo-even beëindigde wedstrijd, dus liggen de oevers
er verlaten bij en kunnen we genieten van de stilte, slechts verbroken door het ruisen van de wind in de rietkragen.
|